Bachs Matthäus-Passion
Nergens wordt Bachs meesterwerk over het lijden en sterven van Christus zoveel uitgevoerd en zo trouw bezocht als in Nederland. De eerste uitvoering vond plaats in 1727 in de Thomaskirche in Leipzig. Het stuk waarin grote thema’s van dood, liefde en troost indringend zijn verklankt, raakte na Bachs overlijden in de vergetelheid. Sinds 1829 beleefde het werk een revival. In 1874 zong Toonkunstkoor Amsterdam zijn eerste Matthäus onder Johannes Verhulst. In 1899 voerde Willem Mengelberg de Matthäus-Passion voor het eerst uit als dirigent van het Concertgebouworkest, met Toonkunstkoor Amsterdam. Dit vormde het begin van een jaarlijkse traditie die sindsdien door Toonkunstkoor Amsterdam, vanaf 2016 met het Concertgebouw Kamerorkest, in ere wordt gehouden.

Toonkunstkoor Amsterdam
Toonkunstkoor Amsterdam, opgericht in 1829, is een ambitieus en veelzijdig concertkoor. De ruim 80 geschoolde amateurzangers zingen naast de Matthäus-Passion van Bach bekende werken als de Negende symfonie van Beethoven en het Requiem van Verdi, maar het repertoire omvat ook Sweelinck, Liszt, Stravinsky, Ravel, Manneke en Egon Kracht. Toonkunstkoor Amsterdam krijgt vaak uitnodigingen van professionele orkesten om mee te werken aan concerten. Ook brengt het koor minstens één keer per seizoen een eigen productie. Daarnaast geeft Toonkunstkoor Amsterdam regelmatig compositieopdrachten. Sinds 2003 is Boudewijn Jansen dirigent van het koor.