Ontdek
  1. Zoeken
  2. Concerten
  3. Menu
  4. Inloggen
Eduardus lee 20250113 ferschtman 012

Familie Ferschtman: ‘Sjostakovitsj zit in onze ziel’

ma 2 jun 2025 - 6 minuten leestijd - Tekst: Frederike Berntsen - Foto: Eduardus Lee

De familie Ferschtman brengt samen met een aantal jonge musici een reeks van drie concerten met muziek van Sjostakovitsj – een componist die hun na aan het hart ligt. ‘We willen het begrip en de kennis over deze muziek doorgeven. Dat móét!’

‘Dima, mijn man, is nog even koffie halen’, zegt pianiste Mila Baslawskaja opgeruimd. Dima is Dmitri Ferschtman, cellist en pedagoog. Hij, Baslawskaja en dochter Liza zijn de drijvende krachter achter de drie concerten met muziek van Dmitri Sjostakovitsj in de Kleine Zaal. Vijftig jaar geleden, in 1975, overleed Sjostakovitsj.

De familie Ferschtman verhuisde in 1978 vanuit Rusland naar Nederland. Een jaar later werd hun dochter Liza geboren. Bosch en Duin werd de nieuwe stek, een knus huis tussen de bomen waar het er levendig aan toegaat. Vandaaruit zetten Ferschtman en Baslawskaja een bloeiende muziekpraktijk op. Én gaven ze hun kennis van de muziek uit hun vaderland door aan toekomstige professionele musici op verschillende Nederlandse conservatoria.

Moskou

Thee en lekkernijen, op de keukentafel. Baslawskaja: ‘We leven in de keuken.’ Van de vensterbank pakt ze een lp. Op een van de vele kleine zwart-witfotootjes staat een jonge Dmitri Ferschtman. Ook een oude Sjostakovitsj, met een zwaar montuur op, bladerend door de muziek. ‘Kijk, de grote zaal van het conservatorium in Moskou, met de componist erbij.’

elpee

Hoes van de elpee met kamermuziek van Sjostakovitsj, in 1975 opgenomen in Moskou in aanwezigheid van de componist. Een van de uitvoerenden is Dmitri Ferschtman

Ferschtman is inmiddels aangeschoven. De hond rent heen en weer met allerlei speelgoed in zijn bek. ‘De kamermuziekprogramma’s die we spelen betekenen veel voor ons. Dit is de derde keer dat we deze stukken in drie concerten uitvoeren, maar voor het eerst als drieluik in de Kleine Zaal van Het Concertgebouw. Iedere keer als er een Sjostakovitsj-herdenkingsjaar is, voel ik een grote wens om aandacht aan deze man en zijn muziek te besteden. In 2025 is het vijftig jaar geleden dat hij overleed, in 2026 vieren we zijn honderdtwintigste geboortedag.’

Spelen op de begrafenis

‘Zes jaar voor zijn dood maakte ik als cellist van het toenmalige Glinka Kwartet kennis met Sjostakovitsj’, vervolgt Ferschtman. ‘We waren net afgestudeerd aan het conservatorium in Moskou, ik was vierentwintig, en we speelden voor hem zijn muziek. Dat hebben we een aantal keren gedaan. Ook op zijn begrafenis speelden we werk van hem. Een maand voor zijn overlijden werkte ik aan deze plaatopname van de Zeven romances op teksten van Aleksander Blok. Wat een zegen dat ik dat mee heb mogen maken.’

Zes jaar voor zijn dood maakte ik als cellist van het toenmalige Glinka Kwartet kennis met Sjostakovitsj

In de interactie tussen Ferschtman en zijn vrouw buitelen woorden over elkaar heen. Baslawskaja: ‘Ja, deze gigant moeten we herdenken. Telkens bij dit drieluik vragen we andere musici erbij, telkens de jonge generatie. Het is traditie geworden om het eerste concert in deze reeks te spelen op Sjostakovitsj’ geboortedag, 25 september, en juist dan met jong talent samen te werken. We willen de geschiedenis doorgeven, het begrip en de kennis over deze muziek. Dat móét!’

Bij dit drieluik vragen we andere musici erbij, telkens de jonge generatie

In het rijtje spelers voor de Kleine Zaal-concerten staan voornamelijk twintigers, sommigen zelfs net klaar met hun muziekstudie. Violist Liza Ferschtman groeide mee met de reeks, het is haar derde keer. Baby op de arm: ‘Het is natuurlijk een cliché om te zeggen dat Russen zo veel meer zouden weten van Russische muziek. Maar in dit geval zitten die muziek en de uitvoering ervan in mijn ziel. Hier in huis loopt een directe lijn naar mijn vader die met Sjostakovitsj gewerkt heeft. Zo’n stuk geschiedenis is uniek. Ik wil absoluut niet zeggen dat ik nu precies weet hoe het allemaal moet, maar ik heb wel van mijn ouders essentiële kennis meegekregen.’

Onderdrukte geest

Drie concerten, drie perioden uit het leven van Sjostakovitsj. Dmitri Ferschtman: ‘In de vroege werken, van 1920 tot begin jaren dertig, hoor je nog de onschuld van een redelijk gelukkig leven. Hij schreef wat hij wilde schrijven, je hoort een kleurenrijkdom die in zijn middenperiode niet meer terug te vinden is.’

Baslawskaja: ‘En toch kwam ook toen al een onderdrukte geest naar voren. Bij Sjostakovitsj schuurt het in zijn muziek, hij groeide als componist op in een moeilijke tijd, na de Russische Revolutie van 1917.’

Bij Sjostakovitsj schuurt het in zijn muziek

Dmitri Ferschtman: ‘De stukken in het tweede concert, de Tweede pianosonate, het Tweede pianotrio en het Pianokwintet, weerspiegelen de tijd na 1934, de Stalinterreur. Het is een vreselijke periode, maar voor Sjostakovitsj ook een vruchtbare. Nou ja, en dan het derde concert, daarin hoor je een enorme transformatie, met de Zeven romances op teksten van Aleksander Blok. Het ene samen met cello, het andere met piano, met viool. De gedichten gaan voornamelijk over vrijheid en schoonheid.’

Liza: ‘Hij is hier zo persoonlijk. Het is ongelooflijk hoe eenzaam die muziek is. Ook puur en schoon. Als een Mozartpartituur, foutloos en perfect opgeschreven, in één keer.’

Familie Ferschtman c Eduardus Lee

Dmitri Ferschtman, Mila Baslawskaja en Liza Ferschtman in hun huis in Bosch en Duin © Eduardus Lee

Juiste snaar

Hoe voer je deze muziek uit? Jullie kunnen het weten. Liza: ‘Wat ik mee heb gekregen: toen ik tiener was speelden we het Tweede pianotrio, het langzame deel, een passacaglia. Ik vond het moeilijk om de juiste snaar te raken, om de dramatiek en de lyriek goed te vangen, om niet te mooi te spelen. Maar wat heet niet te mooi? Ik hoorde hier in huis dan ook altijd zeggen dat Sjostakovitsj ervan hield dat dingen juist mooi waren. Niet zoetsappig, maar eerlijk, verinnerlijkt, zonder overdreven pathos. Die grote pathosdingen, daar kennen we hem van, dat is wat Sjostakovitsj een populair componist maakt, kort samengevat. Zo’n Vijfde symfonie, lekker hard. Maar daar hebben we in deze kamermuziek niet mee te maken.’

Harmonisch genot

‘We hebben met het Glinka Kwartet een keer het Twaalfde strijkkwartet gespeeld voor Sjostakovitsj’, haakt vader Ferschtman in. ‘Dat is een van de meest abstracte strijkkwartetten. Ik kon het nergens plaatsen. Op een gegeven moment is daar een onbegrijpelijk zachtaardig moment, en ik zei tegen de maestro: ‘Sorry, maar ik begrijp het niet’. ‘O, dat is gewoon mooi’, zei hij. Een Fis groot-akkoord, niet eens een melodie, maar een moment van harmonisch genot. Dat was muziek uit zijn laatste jaren.’

Je moet kennis hebben van Sjostakovitsj en de geschiedenis van Rusland om te weten wat er achter die noten steekt

Baslawskaja: ‘Ik vind absoluut dat je kennis moet hebben van Sjostakovitsj en de geschiedenis van Rusland en vooral de Sovjet-Unie om te weten wat er achter die noten steekt. Dat is nog iets anders dan Beethoven uitvoeren, de geschiedenis van Europa heeft, hoe aangrijpend ook, minder invloed op zijn werk gehad. In het geval van Sjostakovitsj moet je die persoonlijke kant kennen.’

Hoogst haalbare

De Ferschtmannen speelden vaak in Het Concertgebouw. Het Glinka Kwartet trad er op in de vroege jaren zeventig, vader en moeder musiceerden er samen vanaf het begin van de jaren tachtig. Liza: ‘Ik weet nog dat ik de Amsterdamse concerten van mijn ouders bezocht, momenten die in mijn geheugen gegrift staan. Met mijn moeder speelde ik zelf voor het eerst in de Kleine Zaal in 1995, een jaar later met mijn vader in de Grote.’

Familie Ferschtman in de Kleine Zaal c Ronald Knapp

Liza Ferschtman, Mila Baslawskaja en Dmitri Ferschtman spelen Sjostakovitsj in de Kleine Zaal, januari 2017 © Eduardus Lee

‘Het Concertgebouw was het hoogst haalbare, zo heb ik dat altijd gevoeld. Dat werd mij ook meegegeven: het is eervol om er te mogen spelen en een grote verantwoordelijkheid. Als mijn zus vroeger op mij moest passen en ik na vijf of tien minuten studeren al riep: “Ik ben klaar!”, zei ze altijd: “O ja, kan het al in Het Concertgebouw?” Reuze irritant natuurlijk. Ik voel me er thuis, en toch blijven de gezonde spanning en het respect voor deze muziektempel altijd aanwezig. Om – mogelijkerwijs voor het laatst – dit Sjostakovitsj-programma daar samen met mijn ouders te kunnen spelen is heel bijzonder.’

Roomser dan de paus

Hoe gaat repeteren in huize Ferschtman, wie vertelt wat er moet gebeuren? ‘Met ruzie!’, lacht Baslawskaja. ‘Ik praat vaak het meeste.’

Liza: ‘Het interpretatieve gedeelte neem ik aan, natuurlijk. De verhoudingen liggen anders dan vroeger, toen ik puber was. Ik had helemaal geen zin om naar mijn ouders te luisteren. Ik wilde mijn eigen gang gaan. In een huishouden met musici is dat niet altijd makkelijk. Mijn antwoord vroeger was altijd: “Ik wil het zelf doen!” Toen ik voor het eerst Sjostakovitsj speelde met mijn ouders hoorden zij van mij niet de componist die zij kenden uit hun jeugd. Er werd mij uitgelegd hoe het anders zou kunnen. Niet wat er moet, maar waar je naar moet streven in deze muziek.’

Je hoort het onmiddellijk als in een uitvoering niet de juiste sfeer wordt getroffen

Dmitri Ferschtman: ‘Als het om Sjostakovitsj gaat ben ik roomser dan de paus. Je hoort het onmiddellijk als in een uitvoering niet de juiste sfeer wordt getroffen.’

Liza: ‘Dat haalt mijn generatie niet meer in, ik ben er dichterbij gekomen, maar ik luister anders naar deze muziek dan mijn ouders. Ik zat er niet bij, bij het ontstaan en de commentaren.’

Ik luister anders naar Sjostakovitsj dan mijn ouders

Dmitri Ferschtman: ‘Over die kennis, ik vind de interpretatie van dirigent Bernard Haitink van Sjostakovitsj’ symfonieën exact goed getroffen. Terwijl, als ik naar Jevgeni Mravinski luister, die toch boven op het Russische gebeuren zat, daar heb ik helemaal geen gevoel bij, zo strak. Ik hoorde eens een interview met Haitink over zijn Joodse moeder, over de oorlog. Dat zit erachter als zo’n man deze muziek dirigeert. Het is het begrip dat je hoort.’

Liza: ‘Mravinski zat er middenin. Misschien wás er ook geen ruimte. Haitink dirigeert zonder sentiment, met reflectie, met ruimte voor de schoonheid van de muziek.’

‘Het begrip van Sjostakovitsj’ muziek is wel anders geweest’, zegt Dmitri Ferschtman. ‘Toen wij net in Nederland woonden, kon een musicoloog zeggen over die heel bekende openingsnoten van het Eerste celloconcert: “Pa pa pa pá paddaboem paddaboem, wat is dat nu voor flauwekul?” Zulk commentaar hoor je nooit meer, en terecht.’

Jonge generatie

De fotograaf gaat aan de slag. Mila Baslawskaja staat nog even voor de spiegel. Dmitri Ferschtman, liefdevol: ‘Fantastisch haar, maar lastig. Wil je trouwens in de tekst die je gaat schrijven niet mij of mijn vrouw de nadruk geven, maar de jonge generatie? Ik vind het veel belangrijker dat duidelijk wordt dat de jeugd hiermee verder gaat. Dit is niet ons programma, maar hun programma, we geven de muziek door. Echt, geen Dmitri of Mila.’

Buiten hangt nog steeds dauw in de lucht en schijnt een schitterende winterzon, net als tijdens de morgenrit. De tuin om het huis ligt erbij als in een sprookje. Groots in zijn eenvoud. Dmitri Ferschtman: ‘Wat is het hier prachtig, vind je niet? We hebben echt onze plek gevonden – maar dat is weer een ander verhaal.’

Onderdeel van

Bekijk ook eens