


Sào Soulez Larivière: ‘Muziek brengt rust in deze hectische wereld’
wo 6 aug 2025 - leestijd 3 minuten - Tekst: Frederike Berntsen - Foto: Clara Evens
Spelen in de Kleine Zaal is voor altviolist Sào Soulez Larivière een droom. Samen met zijn zus Cosima duikt hij in een Duits-Hongaars programma, sprookjesachtig en folkloristisch.
‘Opnieuw in de Kleine Zaal spelen, na mijn eerste optreden vorig seizoen als Rising Star, vind ik een grote eer. Ik heb er zo vaak naar concerten geluisterd, mijn zusje Cosima, die violist is, had er jaren eerder al gespeeld. Zelf op dat podium staan was een droom die uitkwam. Ik vind de akoestiek bijzonder mooi, de zaal nodigt je uit om zo intiem mogelijk te spelen.’
Duits-Hongaars programma
‘Kamermuziek is van groot belang voor Cosima en mij, als kinderen speelden we al veel samen. Samen met haar heb ik het programma samengesteld en de andere musici uitgenodigd. We wilden graag werken voor drie spelers laten horen, en kwamen uit op een Duits-Hongaars programma. Voor de pauze is de samenstelling viool, altviool en piano, dan spelen we Bruch, Schumann en Kurtág. De eerste helft heeft iets sprookjesachtigs, door Schumanns Märchenerzählungen. Na de pauze neemt de cello de plaats in van de piano en hoor je Beethoven, Kodály en Dohnányi. Vooral deze laatste twee componisten geven een folkloristische tint aan dit gedeelte van het concert. Het is gek, maar als je altviool en viool de ene keer met piano en de andere keer met cello laat samenspelen, veranderen de klankkleuren heel sterk.’
Verliefd op de diepe altvioolklank
‘Ik begon ooit als violist, op mijn zestiende ben ik overgestapt op altviool. Dat was omdat er op mijn muziekopleiding, de Yehudi Menuhin School, in het kamerorkest altijd alten nodig waren. Ik moest er enorm aan wennen: het instrument is groter, zwaarder, je hebt een andere sleutel om te lezen. Maar gaandeweg ben ik verliefd geworden op de diepe klank en op wat het instrument representeert: een stem tussen viool en cello in. Je kunt majesteitelijk klinken, maar ook klein, en altijd is het geluid rond. Met een altviool kun je vele kanten op, in vele genres en stijlen. En dat is precies waarnaar ik op zoek ben. Ik wil zo gedifferentieerd mogelijke programma’s samenstellen: klassiek, versterkt, minimalistisch en noem maar op. Het is mijn wens om veel verschillende luisteraars te bereiken en hun muzikale grenzen te verleggen.’

Met een altviool kun je vele kanten op, in vele genres en stijlen
‘Mijn instrument is een Zuid-Franse altviool uit 2013. Dit is echt mijn instrument, ik weet niet waarom, ik kan het niet uitleggen. Het is net als bij Harry Potter, de toverstok kiest de tovenaar. Ik denk ook dat er een magische link bestaat tussen instrument en bespeler. Je bouwt samen iets op, in de loop van de tijd verandert de klank van het instrument en daarmee ook je stem. Het hout leeft.’
Gedeelde ervaring
‘Zoals je hoort is mijn Nederlands niet steeds even goed en vlecht ik er Duits – ik woon in Berlijn – of Engels doorheen. Ik spreek het alleen met mijn Nederlandse moeder. Mijn vader is Frans. We gaan even over op Engels, goed? Liefst deel ik muziek met andere mensen, en niet alleen vanwege de muziek, maar ook om het idee dat mensen bij elkaar komen en een gedeelde ervaring ondergaan. Is het niet heel bijzonder dat we besluiten ergens samen te komen, in een concertzaal of waar dan ook, om naar muziek te luisteren? Dat vind ik iets buitengewoons. En dan het idee dat je de luisteraar jouw muzikale verhaal kunt binnenleiden. In deze wereld is er niet zoveel tijd en ruimte meer om zoiets te beleven. De hectiek wint het vaak, mensen luisteren nauwelijks naar elkaar. Pauzeren en reflecteren, zo’n rustpunt kan muziek brengen.’