


Steigers tussen de pluchen stoelen: de Kleine Zaal in verbouwing - deel 2
vr 25 jul 2025 - 3 minuten leestijd - Tekst: Liesbeth Houtman - Foto: Awesta Darwesh
Tussen de concerten door gaat deze zomer de Kleine Zaal op de schop. Frank van Gelder en Luuk Paalvast zijn eerste aanspreekpunt op de werkvloer: ‘De planning is de grootste uitdaging.’
Het is tien uur ’s ochtends, de Franse foyer is ingericht als schaftlokaal. Aan tafeltjes eten de werklieden hun meegebrachte boterhammen. Vanochtend om zeven uur stonden zij al op de bouwplaats. Vandaag is een korte werkdag: rond het middaguur moet de Kleine Zaal alweer ‘schoon’ worden opgeleverd. Verbouwing of niet: de concerten gaan gewoon door.
Schipperen
De planning is dan ook de grootste uitdaging, zegt Frank van Gelder van Hollander Techniek. Samen met Luuk Paalvast van Graaff Bouwgroep doet hij de coördinatie op de vloer. Al het werk gebeurt tussen de concerten en repetities door. ‘We moeten voortdurend schipperen. De kunst is zoveel mogelijk te doen in zo kort mogelijke tijd.’ Ook de activiteiten elders in het gebouw hebben invloed. ‘Als er in de Grote Zaal een orkest repeteert, dan weet je: nu even niet boren.’

Luuk Paalvast (l) en Frank van Gelder in de Kleine Zaal
De Kleine Zaal is in het verleden al zo vaak verbouwd, je stuit steeds weer op verrassingen
In de Kleine Zaal wordt hard gewerkt aan het nieuwe lichtplan. Van Gelder praat dwars door het kabaal heen: ‘Zie je de uitsparingen in de muren? Die tekenen wij af zodat de betonboorder er achteraan kan om te boren en te frezen. Daarna gaan wij erlangs met de nieuwe bekabeling.’ De huidige kroonluchters komen een stukje hoger te hangen, vertelt hij. Erachter wordt een lichtbak geplaatst. Zo ontstaat ruimte voor de ledstripjes waarmee de ornamenten in alle denkbare kleuren kunnen worden uitgelicht.
Als er in de Grote Zaal een orkest repeteert, dan weet je: nu even niet boren
Stalen pijpjes
Hollander Techniek en Graaff Bouwgroep, gespecialiseerd in monumenten, zijn vaste partners van Het Concertgebouw. Eerder deden ze de verlichting van de Grote Zaal. Ook realiseerden ze grote projecten als de verbouwing van de Museumpleinentree en de Noordfoyer. Deze zomer zijn ze vol aan de bak. Tegelijk met de verbouwing van de Kleine Zaal wordt de Artiestenfoyer aangepakt en komen er nieuwe warmtepompen op het dak.
Paalvast: ‘Bouwkundig komt er nogal wat bij kijken. De Kleine Zaal is in het verleden al zo vaak verbouwd, je stuit steeds weer op verrassingen. Oude kabels bijvoorbeeld, waarvan niemand weet hoe lang die er liggen. We kwamen in de muren stalen pijpjes tegen die misschien al wel vijftig jaar oud zijn. Daar moeten we dan onderdoor of overheen werken.’ Grijnzend: ‘Het lichtplan zal er toch moeten komen, dus desnoods draaien we er gewoon doorheen.’
We kwamen in de muren stalen pijpjes tegen die misschien al wel vijftig jaar oud zijn
Nog zo’n obstakel: de vloer. Voor de nieuwe geluids- en videoinstallatie zijn twaalf dikke kabels nodig, vertelt Paalvast. ‘Kijk, daaronder ligt de koker voor de bekabeling, maar die is veel te klein.’ Zo zijn ze steeds op zoek naar creatieve oplossingen.
Maatwerk
Een monument als Het Concertgebouw vraagt om maatwerk. Zo komen de sleuven voor de bekabeling zoveel mogelijk achter de kolommen op het vlakke gedeelte van de muur. Van Gelder: ‘Daar zie je straks niks meer van.’ Paalvast: ‘Over het parket kun je niet met een hoogwerker rijden. Daarom kiezen we voor steigers. Ook het balkon mag niet te zwaar belast worden. Het zijn allemaal zaken waar we rekening mee houden.’
Alles valt en staat bij een goede samenwerking, zegt Van Gelder. In het voorbijgaan klampt hij iemand van de operationele dienst van Het Concertgebouw aan. ‘Had ik nou goed begrepen dat bij één concert de steiger bij het balkon kon blijven staan? En welke datum was dat?’

Vanochtend vroeg stond het nog vol met steigers. Nu is de zaal alweer bijna stofvrij
‘Je moet steeds één of twee stappen vooruitdenken.’ Vanaf september is de Kleine Zaal bijna dagelijks bezet. Het is dus zaak om de vaart erin te houden. Het maakt het werken in Het Concertgebouw leuk en uitdagend, vindt Van Gelder.
Paalvast beaamt dat: ‘Normaal richt je je bouwplaats in en ga je aan de slag. Hier ben je continu aan het schuiven. Vanochtend vroeg stond het nog vol met steigers. Nu is de zaal alweer bijna stofvrij. Nog even de stofzuiger erdoorheen, en klaar.’
Nog één vraag, voordat de mannen weer aan het werk gaan. Als straks de Kleine Zaal klaar is, komen zij dan naar een concert? Schaterlachend: ‘Wij wachten de uitnodiging af!’
De verbouwing van de Kleine Zaal is mede mogelijk gemaakt door de Stichting Edwin Bouw Fonds, het Fonds Kleine Zaal en de genereuze bijdragen van twee particuliere schenkers.