


Mahlerman doet verslag - Dag 10
zo 18 mei 2025 - 3 minuten leestijd - Tekst: Piet De Loof - Foto: Eduardus Lee
Tijdens het Mahler Festival doet Mahler-liefhebber Piet De Loof elke dag verslag van zijn belevenissen. Hieronder doet hij verslag van dag 10: 'C’est la vie'.
Oostenrijk won gisteren het Eurovisie Songfestival, Nederland eindigde 12de. Claude zong ‘C’est la vie’, waarmee hij thematisch dicht aanleunt bij Gustav Mahler. Van hem speelde de Berliner Philharmoniker de Negende symfonie, zijn afscheid aan het leven. Wij gaven spontaan 12 punten.
Klassieke muziek haalt zelden zo’n Songfestival. Er belandt wel eens een viool of strijkkwartet op het podium, als stemmig accessoire, in het poging om het geheel enig cachet te geven. Dat laatste lijkt al jaren niet meer de bedoeling, maar je weet nooit. Uitzonderlijk gebeurt er iets memorabels. Ik denk aan het jaar 1984. Italië nam toen deel met een van de knapste inzendingen die ooit werden geschreven: I Treni di Tozeur, gezongen het het gelegenheidsduo Alice & Battiato. De treinen waarvan sprake brachten aan het begin van de 20ste eeuw de toenmalige koning van Tunesië in grote luxe naar zijn winterpaleis. Vreemd genoeg wordt daar in de tekst niets over gezegd. Wel wordt opeens Die Zauberflöte geciteerd: ‘Doch wir wollen dir ihn zeigen, und du wirst.’ Het is niet eens een complete zin, gezongen door de Drei Knaben die proberen Pamina moed in te spreken. Het slaat nergens op. Het is prachtig. Het hele lied is prachtig, het baadt in een goudomrande melancholie.
Dezelfde sfeer omrandde gisteren ook Mahlers Negende symfonie. Het is de symfonie die, samen met de eerste, vanuit het niets begint. Alle andere symfonieën komen met een stevige 'call to action' binnen: grommende bassen (Tweede en Zesde), koperblazers (Derde, Vijfde en Zevende), belletjes (Vierde), of gewoon met iedereen tegelijk (Achtste). In de Negende rommelt iets in celli, hoorns en harp, de altviolen spelen een sextool, waarna het brede openingsthema opbloeit in de (tweede!) violen. Het doet denken aan het Ewig.. Ewig… daar zijn we vanavond aan toe.
Voorin de zaal hoest een man een eerste keer een delicaat moment aan flarden. Dat doet hij de volgende minuten meermaals. Buren schuifelen op hun stoel - ik heb je wel gehoord man! Er wordt boos omgekeken. De man raakt verschrikt in zijn hoestbui. Er wordt nu openlijk gesist. Please leave, klinkt het. De man staat op en verdwijnt, hij beseft het onmogelijke van de situatie. De vloek van de Negende!
De Berliner Philharmoniker speelt verbluffend. Hadden we anders verwacht? Het is vloeibaar goud dat uit de hoorns klinkt, zijde in de violen, wat een klankbeeld bloeit op. De concertmeester strooit met bloedmooie solo’s. Kirill Petrenko is een plezier om naar te kijken: hij licht er mooie accenten uit, vuurt aan, maar staat soms ook secondenlang bewegingsloos toe te kijken. Of is het genieten? Het lange slotadagio neemt hij niet te traag, waardoor het een tedere melancholie krijgt zonder stroperig te worden, zonder bitterheid ook. Een Lied ohne Worte bijna. De uitstervende slotmaten zijn van een onwereldse schoonheid en delicaatheid - ik ben dankbaar dat de hoestende man is verdwenen, de arme man. Maar ook dankbaar dit te mogen meemaken: na de Achtste symfonie vrijdag een tweede topavond op rij.
We zijn aan het slot van het Mahler Festival. ‘Schon winkt der Wein im goldenen Pokalen’, maar eerst speelt de Berliner ‘ein Lied’: Das Lied von der Erde, en het Adagio uit de Tiende Symfonie.
Ewig, ewig,
Tot morgen,
Mahlerman
De drie momenten:
- Hoe Petrenko deze Negende symfonie niet als een klaagzang zag, maar als een viering
- De slotmaten aan het eind
- De stilte na die slotmaten
Onderdeel van
Over Mahlerman Piet De Loof
Piet De Loof is Mahlerfanaat. Hij schrijft voor Preludium, het magazine van Het Concertgebouw, en is auteur van verschillende jeugdromans waarin klassieke muziek de hoofdrol speelt.