


Mahlerman doet verslag - Dag 6
wo 14 mei 2025 - 3 minuten leestijd - Tekst: Piet De Loof - Foto: Eduardus Lee
Tijdens het Mahler Festival doet Mahler-liefhebber Piet De Loof elke dag verslag van zijn belevenissen. Lees hieronder zijn verslag van dag 6: 'Mahler op shuffle'.
‘Het is toch wel mijn favoriet hoor, die Vijfde’, zei mijn buur in het restaurant.
‘O? En waarom?’, vroeg ik. Als Mahlerman wil je dat weten. Je kan niet zomaar deze of gene symfonie favoriseren of affakkelen, zo doen we dat hier niet.
‘Je hebt natuurlijk dat Adagietto’, zei hij.
‘Alleen daarom…?’, vroeg ik listig. Als hij nu Dood in Venetië vermeldde, zat hij klem, want wellicht had hij die film nooit gezien. Wie wel, eigenlijk?
‘Nee’, sprak hij plots plechtig, als een koraal, ‘omdat de symfonie een mooi evenwicht biedt tussen dramatiek en melancholie.’
Daar had ik niet van terug. Nu nog altijd niet.
Rond kwart voor acht rekende driekwart van het restaurant af en trok in gemessemem Schritt richting Concertgebouw. Ik app’te een vriend die mij een screenshot van een Spotify-afspeellijst van Mahler had gestuurd. Dat is opmerkelijker dan het lijkt, gezien hij doorgaans vooral ‘parental advisory’-teksten van rappers reciteert. Het was geen grap, verzekerde hij, hij was al twee dagen helemaal in de ban. Welke symfonieën dan, wilde ik weten. Daar lette hij niet op, antwoordde hij, want Mahler stond ‘op shuffle’. Dat zette me aan het denken over een experimentele concertvorm. Mahler op shuffle. Een pastiche. Stel je eigen symfonie samen.
De voorzienigheid posteerde mij gisteren vlak achter de trombones. Dat gaf een verwrongen klankbeeld, maar je zit natuurlijk middenin de actie. Met zicht op de paukenist, die in de Vijfde symfonie de eer heeft om met één subtiele ‘la’, helemaal alleen, het tweede deel af te ronden. Een oefening in beheersing. Erboven schreef Mahler ‘gut stimmen!’ Die Gustav toch. Alsof paukenisten nog niet genoeg met een oor op dat vel liggen. De plek achter het koper leek geen toeval: het was de avond van het koper, meteen al van in het begin met het beroemde trompetthema. Bovendien liet Iván Fischer - altijd in voor een truc - in het derde deel een hoornist naast hem plaatsnemen en gaf hem daarmee een concertante rol. Het was een geweldige vondst. Je zou ze ook volstrekt onnodig kunnen noemen, maar dat lees je dan wel in de kranten.
En daar was het dan, het Adagietto. Op hoeveel minuten zou Iván Fischer afkloppen? Dat is belangrijk, voor een Mahlerman. Muziek is tijd en elke componist gaat er anders mee om. Zoals het klokje tikt in Mozart, zo tikt het niet in Bruckner. En een adagietto is geen adagio. Al zeker hier niet, want het is vooral een liefdeslied, zegt men, voor Alma. Naargelang de noodzaak en de omstandigheden kan zo’n liefdesverklaring wat trager of sneller gaan, dat spreekt, maar je wilt ook niet te traag over de liefde staan zingen. Haitink deed er in een opname niettemin 14 minuten over - die had misschien iets uit te leggen. Jansons deed het in 9 minuten. Van Mengelberg vind je een opname in goed 7 minuten - en hij kon het weten, toch? Het hoort gewoon ook zo, hoor je wel eens beweren, want het adagietto is eigenlijk een lied dat zijn woorden is kwijtgespeeld. Een Lied ohne Worte dus. En gelukkig maar, want voor die karamellenverzen zou zelfs Chat GPT zich schamen.
Wie ich dich liebe, Du meine Sonne,
ich kann mit Worten Dir’s nicht sagen.
Je kan het perfect zingen op de melodie van het Adagietto, gesteld dat je dat zou willen.
Cijfers zeggen niet alles, beweren voetbaltrainers soms op de persconferentie na de match. Vooral zij die in de rechterkolom van de rangschikking wegzakken en voor wie op dat eigenste moment in de bestuurskamer de ontslagpapieren worden geprint. Het geldt ook in dit Adagietto. Vijf bladzijden partituur, met een continue afwisseling van Wieder aüssert langsam, etwas drängend, fliessend, zurückhaltend, fliessender, etwas drängender … Met al die aanwijzingen wordt de muziek een vloeibare massa die je als dirigent in een vorm moet zien te gieten. Ivan Fischer deed dat woensdagavond in, bijna op de seconde, tien minuten. Ik beken: ik heb het getimed.
Het Budapest Festival Orchestra speelde de Vijfde symfonie voor de tweede keer die dag. Opgewarmd waren ze zeker, meer nog: het hele orkest stond on fire. Alles viel op zijn plaats. Het speelde de Vijfde symfonie als een echte ‘Mahler on shuffle’, die ons in één symfonie alle kleuren en hoeken en kanten van zijn muziek liet horen.
Het leek moeilijk te worden om het Concertgebouworkest en Klaus Mäkelä te evenaren na hun Eerste symfonie, maar bij deze: wat een topavond was dit. Iván Fischer klom ietwat vermoeid de trap op, handen schuddend en high-fives gevend aan het publiek achter het orkest.
En nu Jaap.
Hervortredend,
Tot morgen,
Mahlerman
Onderdeel van
Over Mahlerman Piet De Loof
Piet De Loof is Mahlerfanaat. Hij schrijft voor Preludium, het magazine van Het Concertgebouw, en is auteur van verschillende jeugdromans waarin klassieke muziek de hoofdrol speelt.